De NBF in 2018

Lees hier het voorwoord van het NBF bestuur uit het Jaarverslag over 2018:

Beste leden,

Soms vragen mensen ons: Wat doet de NBF eigenlijk? Als zulke vragen boven komen drijven, hebben wij niet genoeg gecommuniceerd wat we doen of merken de leden er niet genoeg van. Maar sommige zaken zijn gewoon een kwestie van lange adem. De NBF blijft opkomen voor de belangen van de makers. Immers; de NBF bestaat geheel uit makers en is de enige vereniging die makers vertegenwoordigt uit alle hoeken van ons vak. Cameramensen, geluidsmensen, producenten, scenarioschrijvers, editors; onze leden werken overal. En we volgen de ontwikkelingen in al die verschillende vakgebieden op de voet en kritisch.

Soms betekent dat juist dat we iets niet doen. Zo is er in 2018 door een aantal partijen gewerkt aan een gedragscode. Maar waarom is een gedragscode nodig als er al goede wetten bestaan voor zaken als arbeidstijden en veiligheid op de werkplek? In de gedragscode zijn formuleringen opgenomen als ‘we streven naar…’, met andere woorden: we streven ernaar om ons aan de wet te houden. De NBF stelt: laten we dat gewoon doen, dat aan de wet houden.

Soms loopt een goed idee op niets uit. Het voornemen om een meldpunt en een onafhankelijk vertrouwenspersoon voor de sector aan te stellen, is inmiddels uitgelopen op een stichting waarbij niet de makers, maar de producenten het voor het zeggen gaan krijgen. Dat was nooit het uitgangspunt van de NBF en dat zal ook niet veranderen. De organisatie van een onafhankelijk meldpunt voor maker dient bij diezelfde makers te liggen en niet bij de opdrachtgevers.

De NBF volgt met argusogen de discussie inzake ZZP-ers en de flexwet. De VAR is dood maar de nieuwe wet die nu bij de 1e kamer ligt beloofd ook weinig goeds. Mocht deze wet er door komen, en dat is nog lang niet zeker want er leven bij veel partijen grote bezwaren tegen deze wet, dan zal de NBF opnieuw een poging doen om alle makers onder één contract te krijgen. Want het is van het grootste belang dat alle makers samen optrekken. Op die wijze moeten we elkaar helpen en niet alleen degenen die zo sterk staan dat ze het zelf wel afkunnen.

De NBF is ook benieuwd of de nieuwe directeur van het Filmfonds initiatieven gaat ontplooien inzake een ander verdienmodel in de filmbranche. In Nederland verdien je niet alleen door te maken maar vooral ook door te exploiteren. Producenten worden meer ondernemers en door belang te hebben bij de exploitatie van wat er gemaakt wordt, worden succesvolle makers ook beter beloond voor hun inzet en talent. Een aantal zaken heeft (helaas) tijd nodig, soms te veel tijd. Gelukkig is de incentive verhoogt van 30 naar 35%, maar helaas is dat slechts in een aantal gevallen. Het verschil tussen de werkelijk opbrengst van de incentive in Nederland (25%) en de opbrengst van de tax shelter in België (38%) is nog steeds te groot en veel werk dat in Nederland zou kunnen gebeuren, verdwijnt nog steeds naar België. Gelukkig is de grens van 1.000.000,– productie kosten om in aanmerking te komen voor de incentive, verlaagd naar 600.000,– euro, iets waar de NBF al in 2014 over begonnen is.

De incentive is inmiddels ook in werking gesteld voor dramaseries. Dat is goed, maar vanaf het begin heeft de NBF gewaarschuwd, onder meer bij de Raad voor Cultuur, dat een te hoge minuutprijs voor dramaseries er toe zal leiden dat de commerciële partijen in Nederland van de markt geconcurreerd gaan worden. Immers, de commerciële zenders geven geen 4,5 ton per aflevering uit voor een drama serie (en publieke omroepen overigens ook niet). De enige VOD zender in Nederland die mogelijk kan concurreren met de grote buitenlandse partijen zoals Netflix en Disney, is op dit moment Videoland. Zij laten per jaar vier of vijf drama producties maken, maar dreigen nu van de markt geconcurreerd te worden door de incentive maatregel voor televisie producties. Een slechte ontwikkeling, volgens de NBF.

Ook heeft de NBF er sinds 2015 steeds op gewezen dat het beleid van het Filmfonds ertoe zou leiden dat de grootste particuliere investeerder in de Nederlandse film, RTL, zich zou terugtrekken van die markt en dat is ook gebeurd. In plaats van acht à tien participaties in speelfilms per jaar doet RTL er nog maar één of twee. Er is dus nu veel te weinig privaat geld op de markt. Een recent vonnis van de rechter inzake filmparticipaties heeft die situatie nog slechter gemaakt. Het is aan de nieuwe directeur van het Filmfonds om een totaal ander beleid te ontwikkelen.

Dit soort zaken en meer kaart de NBF aan bij het overleg met diverse politieke partijen. In dat overleg tracht de NBF de belangen van de makers beter over het voetlicht te brengen. Dat zijn allemaal zaken die misschien niet zo zichtbaar zijn als onze ledenavonden, de samenwerking met de IDFA, de vragen van leden over verzekeringen, algemeen voorwaarden, contracten e.d. die ons wekelijke bereiken. Om onze zichtbaarheid te vergroten hebben we ook drie ‘Roundtables’ opgenomen. Gesprekken van makers, met makers, voor makers. Regisseurs, editors en camera mensen waren al aan de beurt. U kunt ze zien via onze website en via Youtubekanaal ‘Roundtables NBF’. Dit zijn nog lang niet alle activiteiten waar de NBF zich mee bezig houdt. Kortom; we proberen op alle fronten de NBF relevant te houden en om onafhankelijk te blijven. De NBF ontvangt geen subsidie dus alles steun die we kunnen krijgen is welkom. De NBF wil in elk geval de leden hartelijk danken dat zij ons werk mogelijk maken.

Het bestuur