Afdeling Filmzaken: ‘Filmmakers delen mee in succes’

Goed nieuws voor filmmakers: Een scenarioschrijver en regisseur hebben met succes aanspraak gemaakt op de zogenaamde ‘bestsellerbepaling’ in het nieuwe Auteurscontractenrecht (2015). Deze nieuwe wet heeft tot doel de positie van makers – dus ook van filmmakers – te versterken. De uitspraak van de Geschillencommissie Auteurscontractenrecht die ten gunste is van de makers geeft aan dat de wet in elk geval op dit punt inderdaad zo werkt. De uitspraak werpt bovendien, omdat hij zorgvuldig en helder is opgebouwd, licht op een aantal belangrijke issues in de filmsector.

De zaak

In 2017 hebben de scenarioschrijver en regisseur gezamenlijk de hoogte van hun royaltyvergoedingen aangekaart bij de Geschillencommissie. Ze vonden dat deze in schril contrast stonden tot wat er in de rest van de keten – bioscopen, distributeurs en producenten – verdiend is. De makers hielden zo weinig over aan het succes van hun film dat zij na het betalen van de belastingen aantoonbaar te weinig financiële ruimte hadden om zelfstandig een nieuw project te ontwikkelen. Hun positie staat hiermee in geen verhouding tot de positie van de andere partijen, die dankzij de bijna 8 miljoen euro die de film opbracht, ruimschoots kunnen investeren in nieuwe projecten. Te meer omdat het Filmfonds, onder andere uit de terugbetaalde subsidie van de succesfilm, voor de producenten in totaal bijna één miljoen euro reserveert voor het maken van nieuwe films. En zelfs in dat bedrag delen de makers niet mee.

De makers besloten hun zaak voor te leggen aan de Geschillencommissie en aanspraak te doen op de bestsellerbepaling 25d lid 1 Aw die stelt:

De maker kan in rechte een aanvullende billijke vergoeding vorderen van zijn wederpartij, indien de overeengekomen vergoeding gelet op de wederzijdse prestaties een ernstige onevenredigheid vertoont in verhouding tot de opbrengst van de exploitatie van het werk.

De Geschillencommissie nam de klacht in behandeling en zag zich geplaatst voor een aantal principiële vragen over de inkomenspositie van makers in relatie tot andere partijen in de keten.

Afdeling filmzaken heeft ze op een rij gezet met erbij vermeld wat de commissie erover zegt.
Lees hier verder.

Bron: Afdeling Filmzaken